Na al die theorie, wordt het dringend tijd voor wat praktijk. Wat vind ik nu zelf van het Finse systeem, waarin ik ondertussen al een zestal weken in meedraai?

De plusjes

• Visie op studenten: het ziekenhuis heeft een zeer open blik over studenten. Ze vinden het zeer belangrijk om studenten te hebben. Ze zijn ook spontaan bereid om uitleg te geven over alles. Ook als je bijvoorbeeld met een patiënt naar een CT-scan gaat, zijn de verpleegkundigen daar enthousiast om uitleg te geven.

• Waardering van verpleegkundigen: Van verpleegkundigen wordt verwacht dat ze actief meedenken in de behandeling van de patiënt. Ze voeren niet zomaar uit wat de dokter zegt, ze denken actief mee. Zo gebeurt het dat een verpleegkundige zelf iets voorstelt, zoals de toediening van een medicament. Ook de kloof arts - verpleegkundige is hier zo goed als onbestaande.

• Feedbacksysteem: verpleegkundigen mogen - tot twee weken na dat de patiënt de dienst verliet - het dossier van de patiënt inkijken om na te gaan hoe de patiënt het stelt. Dit geeft de mogelijkheid om te evalueren of de acties die werden ondernomen op de spoedgevallendienst, juist waren. Dit feedbacksysteem is er ook voor ambulanciers. Na stevige interventies krijgen ze enkele dagen/weken later bericht wat er verder met de patiënt gebeurd is, hoe hij het maakt, ... . Zo kunnen ook zij bijleren.

• Dossiers: de informatiedoorstroming binnen het Hospital District verloopt meestal zeer goed. De dossiers zijn ook integraal digitaal beschikbaar, evenals resultaten van labotests, scans, ... .

• Ziekenhuisinfecties: wanneer een patiënt binnenkomt die ooit een ziekenhuisinfectie gehad heeft, het ziekenhuis binnenkomt, staat er in het elektronisch dossier een rode driehoek. Er wordt dan gekeken of het noodzakelijk is om de patiënt te isoleren. Ook wordt er van alle risicopatiënten een microbiologisch onderzoek afgenomen. Het is studenten verboden om te werken in isolatiekamers. Na elke patiënt wordt de brancard ook volledig gepoetst.

De minnetjes

• Infusen vs. bloedname: Bloedname gebeurt hier door laboranten. Dit geeft geregeld dat een verpleegkundige in één arm een infuus prikt, terwijl een laborant in de andere arm een naald steekt voor bloedstalen te nemen.

• Privacy: privacy betekent hier niet zoveel. Er worden geregeld patiënten in de gang verpleegd, wanneer de zaal vol is. Ook op de gewone diensten worden patiënten op de gang verpleegd. Dit is dan niet voor enkele uren, maar dit kan zelfs enkele dagen zo zijn.

• Informatiedoorstroming: De informatiedoorstroming binnen een Hospital District loopt meestal zeer goed. Toch zijn er geregeld moeilijkheden in de doorstroming van de tweede- en derdelijnszorg naar de eerstelijnsgezondheidszorg (de Health Centres).